Technologie

Beste studenten,

Deze onderwijs- en examenregeling (OER) wordt zo zorgvuldig mogelijk aan het begin van de opleiding samengesteld. Het kan echter voorkomen dat er gedurende de opleiding iets gewijzigd wordt: een vak wordt verschoven naar een andere periode, de toetsvorm van een vak verandert, er wijzigt iets in de studiepunten, etc.. Ook kan het zijn dat aan het begin van de opleiding nog niet het hele onderwijsprogramma tot in detail bekend is zodat het later aangevuld wordt. Er kan ook een fout in de regeling ontdekt worden die verbeterd moet worden. Deze situaties zorgen ervoor dat dit OER aangepast wordt. Er wordt dan een overzicht met wijzigingen (errata) aan het OER toegevoegd. Als er een wijzigingen in het OER optreedt, worden jullie hiervan door de secretaris toetsing & examinering van de TEG (teamexamengroep) via de mail in kennis gesteld. De wijzigingen zelf zijn hieronder opgesomd, maar zijn in de OER zelf al verwerkt. De geldende OER is dus altijd het OER inclusief de wijzigingen.

Wat betekent identiteit voor het Hoornbeeck College en voor mij?

De grondslag van het Hoornbeeck College is de Bijbel en de daarop gebaseerde reformatorische belijdenisgeschriften.
De Bijbel is dan ook in en buiten de school de enige norm voor ons doen en laten.

In de klas begin je met elkaar de dag met het lezen van een gedeelte uit de Bijbel, het zingen van een psalmvers en met gebed. We verwachten van jou hierin een actieve houding. Iedereen (met uitzondering van BBL-studenten) heeft in principe twee lesuren per week godsdienstonderwijs.

Verder verwachten we van je dat je je houdt aan de gedragsregels die door de school zijn opgesteld. Deze gedragsregels zijn deels verbonden met de identiteit van de school en deels algemeen geldende regels.

Bij inschrijving bij het Hoornbeeck College geef je als student (en bij minderjarigheid ook je ouder(s)/verzorger(s)) aan dat je je kan vinden in de inhoud van het studentenstatuut. In dit document staan jouw rechten en de plichten omschreven. Zorg dat je weet wat er in deze documenten staat. Dan weet je ook wat wij van je verwachten.

Hoe moet ik me aanmelden?

Inschrijven gaat digitaal via je vo-school. De decaan van je vo-school kan je hierover meer vertellen.

Wanneer je niet meer op een vo-school zit of je zit op een vo-school die niet digitaal aanmeldt, kun je een papieren aanmeldingsformulier aanvragen bij het Hoornbeeck College.

Wanneer je aansluitend aan je huidige opleiding een tweede opleiding aan het Hoornbeeck College wilt gaan doen, heb je een intern doorstroomformulier nodig. Dit kun je ophalen bij de administratie van de locatie waar jij je opleiding volgt.

Als ik vrijstellingen wil…?

Het kan zijn dat je in aanmerking komt voor een of meerdere vrijstellingen van generieke onderdelen (Nederlands, rekenen, Engels, Burgerschap), keuzedelen en beroepsgerichte onderdelen. Als je denkt in aanmerking te komen voor een of meerdere vrijstellingen neem dan eerst contact op met de secretaris toetsing & examinering van jouw opleiding. Deze kan hierover meer informatie verschaffen en een inschatting maken van je kans op vrijstelling. Een vrijstelling moet je meestal zelf aanvragen. Hoe dat moet kan de secretaris je vertellen. Vrijstellingen worden verstrekt door de Hoornbeeck Examencommissie (HEC).

Welke officiële documenten ontvang ik tijdens de opleiding?

In de loop van de opleiding ontvang je de volgende officiële documenten:

Studentenstatuut:

In het studentenstatuut staat aangegeven wat jouw rechten en plichten zijn. Door je in te schrijven bij een opleiding heb je (en bij minderjarigheid ook je oude(s)/verzorger(s)) aangegeven dat je je in dit studentenstatuut kunt vinden. In dit studentenstatuut staan onder andere ook de schoolregels over gedrag en levensstijl. Ook ontvang je de identiteitsverklaring.

Een onderwijs- en examenregeling (OER):
Dit document ben je nu aan het lezen. Deze onderwijs- en examenregeling hoort bij jouw opleiding. Hier staat alle praktische informatie over je opleiding in. Denk aan informatie over beroepspraktijkvorming en examinering.

Informatiegids:
Deze gids vind je op onze website informatiegids - Hoornbeeck College. Hierin staat informatie over het Hoornbeeck College in het algemeen. Denk aan informatie over de organisatie, het beleid, het meldpunt (in geval van klacht, geschil of beroep) en medezeggenschap.

Locatie-informatiegids:
Bij de start van je opleiding ontvang je een locatie-informatiegids. Hierin staan de spelregels van de locatie van het Hoornbeeck College waar jij je opleiding doet.

Bpv-gids:
Voordat je op beroepspraktijkvorming (stage) gaat, ontvang je als bijlage bij de onderwijs- en examenregeling de zogenaamde bpv-gids. In deze gids staat alle informatie die je nodig hebt voor je beroepspraktijkvorming.

Praktijkovereenkomst (POK):
De POK is een overeenkomst waarin onder andere staat aangegeven waar en wanneer je beroepspraktijkvorming plaats vindt en hoeveel uren je stage gaat lopen.
Onderdeel van de POK is het Reglement Praktijkovereenkomst. In dit reglement staan de rechten en plichten van de school, het bpv-leerbedrijf en van jou als student.
Voordat je op beroepspraktijkvorming gaat, onderteken je de POK. De POK wordt ook door school en het bpv-leerbedrijf getekend. Iedere betrokkene krijgt hiervan een exemplaar. Wanneer de afspraken die in de POK staan niet worden nagekomen, kan de bpv worden beëindigd.

Hoe zit het met deelname aan onderwijsactiviteiten?

In het studentenstatuut staat in artikel 17 ‘Verantwoordelijkheden school en studenten’ dat
- je je inspant om de opleiding met succes af te ronden. Dit binnen de tijd die hiervoor staat.
- je verplicht bent om deel te nemen aan de opleidingsactiviteiten die er zijn. Dit tenzij er zwaarwegende redenen zijn waarom dit niet van je kan worden verwacht.

Opleidingsactiviteiten kunnen lessen zijn, stage en excursies. Ook toetsen en examens vallen hieronder.

Als je bepaalde onderwijsactiviteiten niet kunt bijwonen, moet je verlof vragen.
Als school houden we bij wanneer en waarom er onderwijsactiviteiten verzuimd zijn en zo nodig nemen we maatregelen.
In het Examenreglement vind je een uitwerking van de regels rondom aan- en afwezigheid bij kwalificerende toetsen.

Wat is beroepspraktijkvorming (bpv) op het mbo?

Omdat je een beroepsopleiding volgt, ben je een belangrijk deel van je opleiding in de beroepspraktijk bezig. Hiervoor ga je regelmatig op beroepspraktijkvorming (bpv).

De kerntaken die bij het beroep horen kun je hier meemaken en oefenen. Ook kun je dan laten zien of je deze kerntaken beheerst.

Tijdens de bpv neem je deel aan de dagelijkse werkzaamheden in het bpv-leerbedrijf en werk je aan bpv-opdrachten. Wat er precies van je wordt verwacht tijdens de bpv staat in de bpv-gids. Deze gids is een bijlage bij de OER. Je ontvangt de bpv-gids voordat je op bpv gaat. Op school wordt deze gids uitgebreid besproken voordat je op bpv gaat, zodat je goed bent voorbereid.

De school heeft de eindverantwoordelijkheid van de beoordeling van de bpv. De wijze van beoordeling staat in de bpv-gids beschreven.

Hoe gaat het met uitschrijven?

Als je je opleiding met goed gevolg hebt afgerond, word je na de uitreiking van je diploma automatisch uitgeschreven. Je moet zelf aan DUO doorgeven dat je opleiding is afgerond.

Zolang je leerplichtig of kwalificatieplichtig bent, moet je een BOL- of een BBL-opleiding volgen of ander voltijd onderwijs. Leerplichtig ben je tot en met het jaar waarin je 16 wordt. Kwalificatieplichtig wil zeggen dat wanneer je nog niet minimaal een niveau 2 opleiding of hoger hebt behaald, je in elk geval tot je 18^e verjaardag een (mbo) opleiding moet volgen.

Wanneer je 18 jaar bent of ouder en je wilt uitgeschreven worden zonder dat je jouw diploma hebt behaald, moet je je studiefinanciering terugbetalen. Zie voor verdere informatie www.duo.nl.

Wanneer voortijdig uitschrijven voor jou aan de orde is, neem dan contact op met je opleidingsmanager. Deze bespreekt met jou en alle betrokkenen de consequenties. 

Verdere informatie over terugbetaling van bepaalde bedragen, studiefinanciering en uitschrijving bij DUO kun je opvragen bij de Centrale Administratie (telefoonnummer 085-4838000).

Wanneer kan ik geplaatst worden bij de opleiding?

Wanneer je toegelaten bent, word je uitgenodigd voor een loopbaanadviesgesprek. In dit gesprek gaat een loopbaanadviseur samen met jou na hoe jij gekomen bent tot je opleidingskeus. In dit gesprek willen we samen helder krijgen wat jouw kwaliteiten en motivatie zijn in relatie tot de opleiding. We gebruiken daarbij ook de AMN-test en eventueel (een samenvatting) van het LOB-dossier van het voorgezet onderwijs. Ook zijn we geïnteresseerd in de contacten die je gelegd hebt om te komen tot deze opleidingskeus.

In het loopbaanadviesgesprek willen we ook samen nadenken over de begeleiding die jij nodig hebt tijdens de opleiding. Mogelijk heb jij in verband met een beperking extra ondersteuning nodig. Er is alle ruimte om de mogelijkheden van extra ondersteuning met je door te spreken.

Het gesprek wordt afgesloten met een loopbaanadvies. De loopbaanadviseur adviseert jou om de opleiding wel of niet te doen en over de begeleiding die je nodig hebt. 

Om toegelaten te worden tot de opleiding Expert IT system and devices moet je aan de volgende voorwaarde voldoen.

Je moet voldoen aan de juiste vooropleiding. Dit is een diploma in de kaderberoepsgerichte, gemengde of theoretische leerweg, of een overgangsbewijs naar havo-4 of vwo-4.

Aanvullende mogelijkheid tot plaatsing: ook wanneer je een diploma niveau 3 hebt, kun je instromen in de opleiding Expert IT systems and devices.

Wat houdt mijn toekomstig beroep in?

Met de opleiding Expert IT systems and devices leer je zelfstandig netwerken en ict-systemen in te richten voor gebruik in zakelijke omgevingen.

Je legt met deze opleiding een basis voor een baan als servicedesk medewerker, netwerk- of systeembeheerder. Dat kan op de eigen ICT-afdeling van een bedrijf of bij een ict-dienstverlener. In je dagelijks werk ben je bezig met het ondersteunen van gebruikers, het inrichten van wifi-netwerken, servers, computers en mobiele apparaten of het configureren van routers en switches. Ook lichte programmeerwerkzaamheden behoren tot jouw takenpakket, net als het beveiligen van bedrijfsapparaten en gegevens.

Waar kan ik straks gaan werken?

De opleiding bereidt je voor op een functie als servicedesk medewerker, netwerk- of ict-beheerder.

Kan ik ook doorstuderen?

Nog niet uitgeleerd? Dan kun je verdergaan met bijvoorbeeld de hbo-opleiding informatica, informatiebeveiliging of servicemanagement. Ook kun je jezelf specialiseren door het behalen van certificaten op het gebied van netwerk- of serverbeheer, programmeren of beveiliging.

Wanneer krijg ik wat?

In de bijlage vind je de urentabellen. Deze geven aan welke onderdelen van het lesprogramma in welke periode aan de orde komen.

Je rooster wordt voorafgaand aan een nieuwe periode bekendgemaakt.

Welke onderdelen komen aan bod?

Je opleiding bestaat uit de volgende onderdelen:
- Het beroepsgerichte gedeelte van je opleiding
- Loopbaan
- Burgerschap
- Nederlands
- Rekenen
- Engels (indien van toepassing)
- Godsdienst
- Keuzedelen

Het Hoornbeeck College wil je op basis van deze opleidingsonderdelen zo goed mogelijk vormen en toerusten voor je toekomstig functioneren in beroep, gezin, kerk en maatschappij. Hierbij wordt aandacht besteed aan kennis, vaardigheden en beroepshouding.

Hoe ziet het opleidingsmodel eruit?

Een schooljaar is verdeeld in perioden van tien weken.

In onderstaand overzicht kun je zien wanneer je op school bent en wanneer op bpv.

	Periode 1	Periode 2	Periode 3	Periode 4
Leerjaar 1	School	School	School	School
Leerjaar 2	BPV	BPV	School	School
Leerjaar 3	School	School	BPV	BPV

Kan ik een individueel traject volgen?

Wanneer je een andere route wilt of moet volgen, worden er samen met jou afspraken gemaakt over het volgen van de lessen op school en het uitvoeren van beroepspraktijkvorming.

Zijn er uitstroommogelijkheden?

Het eerste half jaar van de opleiding volgt iedere studenten dezelfde lessen. Afhankelijk van de interesse en mogelijkheden wordt na periode 2 de opleiding vervolgd in de definitieve uitstroomrichting. Dit betreft voor niveau 4 Software developer of Expert IT systems and devices en voor niveau 3 Allround medewerker IT systems and devices.

Hoe kom ik aan een bpv plaats?

Studenten zijn zelf verantwoordelijk voor het zoeken van een erkende stageplaats. Uiteraard word je daarbij ondersteund en geadviseerd door je BPV‐coördinator. Je wordt uitgebreid voorgelicht ter voorbereiding op de BPV. Om een goede BPV‐plaats te vinden, word je wegwijs gemaakt in het zoeken in alle stage‐ en vacaturebestanden die binnen de school en daarbuiten tot je beschikking staan.

Welke regels gelden op het bpv-adres?

Tijdens je bpv houd je rekening met het volgende:

1. Als student houd je je aan het beroepsgeheim.
2. Voor sommige leerbedrijven moet de student een Verklaring Omtrent het Gedrag (VOG) hebben. De VOG is een verklaring die aangeeft dat je gedrag in het verleden geen bezwaar vormt voor je bpv of je baan. Op de website Watdevog.nl vindt je relevante informatie over de VOG.
3. Als je tegen regels handelt, kan het bedrijf in overleg met de bpv‐coördinator je bpv‐periode afbreken. Ook om andere zwaarwegende redenen kan de bpv‐periode na overleg worden afgebroken.
4. Bij ziekte stel je het bedrijf vóór werktijd op de hoogte. Je stelt ook je bpv-docent op de hoogte van de ziek‐ en betermelding.
5. Als student heb je recht op schoolvakantie. In overleg met het bedrijf en de bpv-docent kan deze periode worden verschoven.
6. Is tijdens de bpv‐periode schade geleden of toegebracht door jouw toedoen, dan meld je dit zo snel mogelijk aan de bpv‐coördinator. Vanuit het Hoornbeeck college is een WA‐verzekering afgesloten. Deze aansprakelijkheidsverzekering dekt je (binnen de grenzen van de polisvoorwaarden) tegen de gevolgen van aansprakelijkheid voor anderen, wanneer je aansprakelijkheid niet ergens anders verzekerd is. Als stagiair(e) van het Hoornbeeck college ben je verzekerd tegen het risico van aanspraken die door derden tegen jou worden ingesteld ter zake van schade:
   • voor zover niet vallend onder a. door jou toegebracht vanaf het moment dat jij voor het verrichten van werkzaamheden aan het bpv‐adres bent gearriveerd, tot op het ogenblik dat jij na het beëindigen van jouw dagtaak dit adres verlaat.
   • door jou toegebracht bij het verrichten van werkzaamheden t.b.v. het bpv‐adres;
7. Communicatie met het bpv‐adres verloopt via de bpv-docent of bpv-coördinator van school.
8. Tijdens de bpv gelden de Arbo‐protocollen van het bpv‐bedrijf (zie bpv‐gids).

Hoe word ik begeleid tijdens de bpv?

Tijdens de bpv word je begeleid door een praktijkopleider van het bpv-bedrijf. De praktijkopleider stelt je in staat om aan de bpv‐eisen te voldoen. Vanuit de school word je begeleid door je bpv‐docent. Deze docent bewaakt de goede voortgang van de bpv, legt bezoeken af aan het bedrijf en is voor jou het eerste aanspreekpunt voor allerlei vragen over de bpv.

Hoeveel uur werk ik tijdens de bpv?

Tijdens de opleiding ga je diverse keren op bpv. De uren worden opgenomen in de praktijk‐ overeenkomst. Je verantwoordt de door jou gewerkte uren in een urenverantwoordingslijst. Deze lijst is opgenomen in de bpv‐handleiding. Als je onverhoopt minder uren werkt dan in de overeenkomst is afgesproken, moet je deze uren inhalen. Dit gebeurt in overleg met je bpv-coördinator.

Welke (keuze)mogelijkheden heb ik?

Keuzedelen

Tijdens je opleiding volg je één of meerdere keuzedelen. Het aantal keuzedelen dat je volgt, hangt af van het verplichte totale aantal uren keuzedelen wat bij de opleiding hoort én het aantal studiebelastingsuren (SBU) van een keuzedeel.

De totale studielast van de keuzedelen die deel uitmaken van een beroepsopleiding is ten minste:

• voor een opleiding mbo-2: 480 klokuren,
• voor een opleiding mbo-3: 720 klokuren,
• voor een opleiding mbo-4: 720 klokuren (3/4-jarig)

Scholen hebben de mogelijkheid om een deel (240 klokuren) van de keuzedeelverplichting van de opleiding in te vullen in het kader van persoonlijke, culturele of levensbeschouwelijke vorming. Het Hoornbeeck College heeft er voor gekozen om van deze mogelijkheid gebruik te maken en het vak Godsdienst te geven ter vervanging van een keuzedeel van 240 uur. Dat betekent dat de keuzedeelverplichting zoals hierboven aangeven voor een opleiding op het Hoornbeeck College met 240 uur vermindert. Voor maatwerktrajecten kan hiervan worden afgeweken.

Wil je zelf meer keuzedelen volgen dan vereist, ga dan in overleg met je studieloopbaanbegeleider over de mogelijkheden.

Voor keuzedelen gelden de volgende regels:

• Keuzedelen worden afgesloten met een of meerdere examens.
• Keuzedelen tellen mee voor de slaag-zakbeslissing.
• Voor keuzedelen geldt een compensatieregeling:
  • Het gemiddelde van de eindresultaten van de geëxamineerde keuzedelen binnen de keuzedeelverplichting moet tenminste een 6 of ‘voldoende’ zijn.
  • Voor minimaal de helft van deze keuzedelen moet het resultaat tenminste een 6 of ‘voldoende’ zijn.
  • Een eindresultaat van een keuzedeel mag nooit lager zijn dan een 4 of een overeenkomende eindwaardering.
  • De omvang van een keuzedeel wordt niet meegewogen  in de weging van het gemiddelde.

Behaalde keuzedelen kunnen vrijstellingen opleveren bij overstap naar een andere opleiding. Hierover beslist de examencommissie.

Godsdienst is dus geen keuzedeel, maar komt in de plaats van een keuzedeel. Godsdienst valt dan ook niet onder de slaag/zakregeling. Voor Godsdienst geldt wel dat het Hoornbeeck College van de student verwacht dat hij/zij zich inspant om aan de gestelde eisen te hebben voldaan voordat tot diplomering overgegaan wordt. Dit is inherent aan het volgen van reformatorisch onderwijs en passend bij de grondslag van de school.

Tijdens je opleiding volg je één of meerdere keuzedelen.

De studielast voor keuzedelen in het geval van jouw opleiding is 480 uur.

In de loop van de opleiding ontvang je de overige informatie over de keuzedelen waaruit je kunt kiezen.

Wat moet ik weten over bindend studieadvies?

Je ontvangt een bindend studieadvies in het eerste jaar waarin je bent ingeschreven voor een opleiding.
Dit advies kan zijn:
- Je kunt de opleiding vervolgen;
- Je moet stoppen met de opleiding.

Voordat de school het advies geeft om te stoppen met de opleiding heb je minimaal één keer een schriftelijke waarschuwing ontvangen. Daarin staat ook vermeld welke verbeteringen je binnen een bepaalde termijn moet laten zien om te voorkomen dat je het advies krijgt om te stoppen met de opleiding. Verder is in deze schriftelijke waarschuwing beschreven welke ondersteuning de school jou biedt om deze verbeteringen te realiseren.

In het geval van een negatief bindend studieadvies waarbij je moet stoppen met de opleiding zal je worden uitgeschreven voor de opleiding die je volgt. Je kunt dan op het Hoornbeeck College niet meer opnieuw ingeschreven worden voor dezelfde opleiding.

Bij het afgeven van het bindend studieadvies wordt door de school rekening gehouden met eventuele persoonlijke omstandigheden.

Op welk moment in het eerste jaar je dit advies ontvangt, kun je hierna lezen. Ook kun je daar lezen waarop het bindend studieadvies voor jouw opleiding wordt gebaseerd.

Wanneer je het niet eens bent met je studieadvies, kun je dit aangeven bij het meldpunt (meldpunt@hoornbeeck.nl). Dit meldpunt zorgt er dan voor dat jouw beroep bij de beroepscommissie van de examens terecht komt. Dit staat beschreven in artikel 4.2 van het Examenreglement.

Het Voorlopig en Bindend studieadvies.

Zowel het VSA (Voorlopig StudieAdvies) als het BSA (Bindend StudieAdvies) worden gegeven in het eerste leerjaar. Het Voorlopig StudieAdvies wordt gebaseerd op het aantal studiepunten die verzameld zijn t/m periode 2. Dit studieadvies wordt bepaald in de resultatenvergadering aan het begin van periode 3. Het Bindend StudieAdvies wordt gebaseerd op de behaalde punten t/m periode 3 en wordt verstrekt in de loop van periode 4. Als er minder dan 80 % van de te behalen studiepunten verkregen is volgt dit studieadvies.

Aan het einde van periode 2 en/of periode 3 wordt, in het kader van een bindend studieadvies (bsa) een schriftelijke waarschuwing gegeven wanneer het behaalde aantal punten minder is dan 80% van het te behalen aantal punten op dat moment. Je krijgt dan ook een advies m.b.t. de verbetering van je studieresultaten, om tot een positief bsa te komen. In de loop van periode 4 of aan het eind van periode 4 ontvang je een bindend studieadvies.

Krijg ik na het bindend studieadvies later nog adviezen over mijn studie?

Nadat je in het eerste jaar waarin je bent ingeschreven voor een opleiding een bindend studieadvies hebt ontvangen, kunnen er ook later in de opleiding adviezen over je studie worden uitgebracht. De studieadviezen die je later in de opleiding krijgt, kunnen niet leiden tot een ontbinding van de onderwijsovereenkomst door de school. Wel kan het betekenen dat je bijvoorbeeld een maatwerktraject krijgt aangeboden, waardoor je langer over je studie zult doen.

Wanneer krijg ik een Bindend Studieadvies en waarop is dit gebaseerd?

Wanneer?

Je volgt een opleiding die langer duurt dan één studiejaar en daarvoor geldt het volgende: je krijgt het bindend studieadvies op zijn vroegst negen kalendermaanden na de start van de opleiding en uiterlijk aan het eind van het eerste studiejaar. Dit betekent dat je in de vierde lesperiode het bindend studieadvies ontvangt.

Wat moet ik weten over overige studieadviezen

Iedere periode bestaat uit een aantal lesweken en een project. Iedere periode start met de lesweken. Binnen deze lesweken worden een aantal vakken gegeven. Bij ieder vak maak je opdrachten en/of een toets die beoordeeld worden. Als beoordeling krijg je een O, V of G. Deze beoordeling komt in je resultatenlijst te staan, hieraan zijn ook studiepunten gekoppeld.

De beoordeling van deze vakken bepalen of je mag starten met het project van die periode. Je moet al de vakken met een V hebben afgerond, eventueel mag er één O gecompenseerd worden door een G. Voldoe je nog niet aan deze voorwaarden dan moet je dit zo snel mogelijk repareren om alsnog te mogen starten met het project.

Het project wordt uitgevoerd in de laatste weken van de periode. Een project wordt beoordeeld op 4 onderdelen: Projectresultaat, beroepsgericht gedrag (inclusief aanwezigheid), toegepaste kennis en professionele groei. Aan deze 4 onderdelen worden studiepunten toegekend.

Op basis van de verdiende studiepunten worden in de loop van de opleiding studieadviezen gegeven.

Het Team Studie Advies.

In het project wordt alle kennis toegepast die in die periode is geleerd. Daarom krijg je na iedere periode op grond van de projectprojectbeoordeling een Team Studie Advies (TSA). In periode 1 wordt je op 3 onderdelen beoordeeld: Projectresultaat, beroepsgericht gedrag (inclusief aanwezigheid) en toegepaste kennis. Hieraan gekoppeld krijg je het volgende advies:

• 3 onderdelen behaald: Niveau 4 advies
• 2 onderdelen behaald: Niveau 3 advies
• 1 onderdeel behaald: Niveau 2 advies
• 0 studiepunten: Advies om de opleiding te beëindigen

In periode 2 wordt je op de 4 eerdergenoemde onderdelen beoordeeld. Hieraan gekoppeld krijg je het volgende advies in periode 2:

• 4 onderdelen behaald: Niveau 4 advies
• 3 onderdelen behaald: Niveau 3 advies
• 2 of 1 onderdeel behaald: Niveau 2 advies
• 0 studiepunten: Advies om de opleiding te beëindigen

In de volgende periode:

• 4 onderdelen behaald: positief studieadvies
• 3 onderdelen behaald: voorwaardelijk studieadvies
• 2 onderdelen behaald: negatief studieadvies

Bij een voorwaardelijk of negatief advies moet het eerstvolgende project met een positief studieadvies worden afgerond. Daarmee worden onderdelen van het voorgaande project voldoende. De behaalde resultaten voor het projectresultaat en de toegepaste kennis van het nieuwe project worden dan toegekend aan het voorgaande project. (Professionele groei, en beroepsgericht gedrag worden niet aangepast.)

Overgang.

Het totaal van de aan het einde van het jaar behaalde studiepunten, bepalen of je overgaat naar de volgende klas. Je moet 80% van de punten behaald hebben om over te mogen gaan en verder te kunnen op hetzelfde niveau. Zittenblijvers in de 1^e en 2^e klas lopen de eerste twee perioden stage, in periode 3 en 4 worden alle vakken overgedaan.

In voorkomende gevallen beslist de resultatenvergadering.

Het examen.

Om aan het examen deel te mogen nemen dienen de volgende punten te zijn behaald:

1. Minimaal 80% studiepunten voor leerjaar 1
2. Minimaal 80% studiepunten voor leerjaar 2
3. Minimaal 80% van de tot dan toe te behalen studiepunten voor leerjaar 3
4. Tenslotte moet het aan het examen voorafgaande project minimaal met een voldoende zijn afgerond.

Het laatste project wordt uitgevoerd op het niveau van het examen, waarbij er in tegenstelling tot het examen zelf nog wel sprake is van sturing en begeleiding. Bij een voldoende heb je aangetoond dat er voldoende basiskennis en –vaardigheden aanwezig zijn en dat je professionele beroepshouding (inclusief aanwezigheid) voldoende is om aan het examen deel te kunnen nemen.

Door de resultatenvergadering, die voorafgaat aan het examen, wordt op grond van bovenstaande punten besloten of je toegang krijgt tot het examen (Go/NoGo).

De resultatenvergadering kan wanneer er bijzonder omstandigheden zijn afwijken van bovengenoemde eisen voor studieadvies, overgang of toelating tot examen. 

Wat als ik na afloop van de vastgestelde studieduur van de opleiding nog geen diploma heb behaald?

Wanneer je tijdens de duur van de onderwijsovereenkomst geen diploma hebt behaald, zijn er de volgende mogelijkheden voor het vervolgen van je (studie)loopbaan:

1. Komen tot diplomering op dezelfde opleiding door verlenging van de onderwijsovereenkomst.
   Dit is van toepassing als je nog (examinering in de) beroepspraktijk moet doen of nog een bij de opleiding behorend lesprogramma moet volgen.
2. Uitschrijven als onderwijsdeelnemer voor betreffende opleiding.
   In dit geval zijn er drie mogelijkheden voor het vervolg:
   1. komen tot diplomering voor dezelfde opleiding door inschrijving voor een traject als examendeelnemer voor die opleiding. In dit geval word je tegen betaling in de gelegenheid gesteld om bepaalde binnenschoolse kwalificerende toetsen voor de betreffende opleiding te doen;
   2. komen tot diplomering op een lager niveau door overstap naar een verwante opleiding van een lager niveau dan de huidige opleiding;
   3. geen opleiding meer volgen. Dit is alleen mogelijk indien voldaan is aan leer- en kwalificatieplicht.

Hoe word ik begeleid?

Tijdens je schoolloopbaan op het Hoornbeeck College word je door diverse personen binnen de school begeleid.

Allereerst is er het opleidingsteam dat zich richt op de opleiding. De docenten uit het opleidingsteam dragen zorg voor de onderwijsactiviteiten.

Daarnaast heb je een begeleider loopbaanoriëntatie en -begeleiding (LOB'er). Deze begeleidt jou bij het leren. Bij hem of haar kun je terecht met vragen en problemen op het gebied van de studie in het algemeen en andere zaken zoals sociale vaardigheden. Hij of zij is het aanspreekpunt voor jou, onderhoudt de contacten met je ouders, als je nog minderjarig bent, en verwijst eventueel door naar andere personen, zoals bijvoorbeeld iemand van het Team Extra Ondersteuning.

De decaan begeleidt je bij het kiezen van de juiste (vervolg)opleiding.

Tot slot noemen we de opleidingsmanager. Deze persoon is eindverantwoordelijk voor het goed verlopen van je opleiding. In het geval van bijzonderheden ben je altijd welkom bij hem of haar.

Wat als ik een handicap of beperking heb?

Bij de aanmelding heb je kunnen aangeven of je een handicap of chronische ziekte hebt. Ook heb je kunnen aangeven of je wilt dat het Hoornbeeck College hier mee rekening houdt.

Als je dit met ‘ja’ beantwoord hebt, dan word je in contact gebracht met iemand van het Team Extra Ondersteuning. Dit team kan jou adviseren en ondersteunen zowel voor wat betreft het volgen van het onderwijs als bij het aanvragen van aanpassingen van summatieve toetsen. Een voorbeeld hiervan is een schriftelijke toets op A3-formaat voor een slechtziende student.

Ook wanneer je tijdens je opleiding te maken krijgt met een beperking of handicap, is extra ondersteuning bij het onderwijs en examinering mogelijk.
Kijk voor verdere informatie op https://www.hoornbeeck.nl/opleidingen/ondersteuning/

Wat moet ik weten over studiefinanciering?

Nog geen 18 jaar?

Zolang je nog geen achttien jaar bent, heb je geen recht op studiefinanciering. Wel is er de mogelijkheid tot gratis reizen. Je kunt hiervoor een gratis studenten OV-chipkaart aanvragen bij de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO).

18 jaar of ouder?
Als je 18 jaar of ouder bent vervalt voor je ouder(s)/verzorger(s) het recht op kinderbijslag. Jij krijgt nu zelf recht op studiefinanciering als je een opleiding volgt op het Hoornbeeck College. Je krijgt een basisbeurs. Je moet zelf een aanvraag doen bij de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO). Dit doe je door minimaal drie maanden voor de dag waarop je 18 jaar wordt.

Alle informatie over studiefinanciering kun je vinden op de website www.duo.nl. Kijk daarnaast naar het bijgevoegde filmpje.

Heb je een extra financiële bijdrage nodig voor het betalen van studiekosten?

Een opleiding volgen brengt kosten met zich mee. Er kunnen redenen zijn waarom er moeite is om deze te betalen.

Jonger dan 18 jaar?

Het Hoornbeeck College krijgt van de overheid een bedrag om gezinnen met een beperkt inkomen tegemoet te komen in de studiekosten. Deze regeling geldt alleen voor BOL-studenten die op 1 oktober jonger dan 18 jaar zijn. In oktober van het lopende cursusjaar ontvangen ouder(s)/verzorger(s) van studenten die tot de doelgroep behoren een informatieve mail met daarin een link naar het aanvraagformulier.

18 jaar of ouder?

Als je 18 jaar of ouder bent en er zijn omstandigheden waardoor je je studie niet kunt financieren, kun je misschien extra geld krijgen: de aanvullende beurs of toelage. Deze valt onder de studiefinanciering.

Twijfel je of je een aanvullende beurs of toelage kunt krijgen? Vraag deze dan wel aan. DUO berekent dan of je hier recht op hebt.

Klik voor extra informatie op deze link.

BPV-fonds

Een belangrijk deel van de opleidingstijd is de beroepspraktijkvorming (bpv). Het komt voor dat studenten en hun ouders hoge extra kosten moeten maken om deze bpv te kunnen realiseren. Hierin wil het bpv-fonds in een aantal gevallen voor een deel voorzien. In dit filmpje wordt het bpv-fonds toegelicht. Via het aanvraagformulier kan een tegemoetkoming uit het bpv-fonds worden aangevraagd.

Wat is het verschil tussen ontwikkelingsgerichte en kwalificerende toetsen?

Ontwikkelingsgerichte toetsen geven aan welke onderdelen je voldoende beheerst en aan welke onderdelen je meer aandacht moet besteden. De uitkomst hiervan telt niet mee voor je diploma. De uitkomst is wèl van belang voor de voortgang van je studie.

Kwalificerende toetsen zijn examens om aan te tonen dat je onderdelen van de opleiding beheerst. De resultaten van kwalificerende toetsen tellen mee voor je diploma in tegenstelling tot de resultaten van ontwikkelingsgerichte toetsen.

Voor alle kwalificerende toetsen is het Examenreglement van toepassing. In het examenreglement staat in art. 1.2 dat het Examenreglement ook van toepassing is op ontwikkelingsgerichte toetsen.

Wanneer je vragen over toetsen hebt, kun je terecht bij de opleidingsmanager (voorzitter van de Teamexamengroep) of de secretaris van de Teamexamengroep. 

Wat voor toetsen heb ik?

In dit OER tref je de toetsplannen aan van de ontwikkelingsgerichte en de kwalificerende toetsen. 

Zo kun je lezen welke toetsen er tijdens jouw opleiding worden afgenomen. Ook kun je zien welke toetsen binnenschools zijn en welke toetsen in de beroepspraktijk worden afgenomen.

Binnenschoolse toetsen worden meestal afgenomen in de laatste week van een periode. Uiterlijk één week van te voren ontvang je een toetsrooster. Hierin staat wanneer welke toets wordt afgenomen, waar je moet zijn en hoeveel tijd je voor de toets krijgt.

Wat moet ik weten voor ik het toetsplan lees?

In het toetsplan staan alle toetsen die je tijdens je opleiding maakt.
In het schema van het toetsplan kom je een aantal termen tegen, die hieronder worden toegelicht.

Gebruikte term	Toelichting
Naam toets	De naam van de toets zoals deze wordt afgenomen
Beoordelingsvorm	De vorm van de toets/examen, bijvoorbeeld: proeve van bekwaamheid schriftelijke toets
Context	De omgeving waarin de toets plaatsvindt, bijvoorbeeld: school bpv simulatie
Periode	De periode waarin de toets over het algemeen wordt afgenomen (indien van toepassing)
Duur	De tijdsduur van de toets (indien van toepassing)
Kwalificerend of ontwikkelingsgericht	K = kwalificerende toets c.q. examen O = ontwikkelingsgerichte toets VO = voorwaardelijk ontwikkelingsgerichte toets
CE	Centraal Examen
IE	Instellingsexamen
Studiepunten	Het aantal punten wat een ontwikkelingsgerichte toets oplevert om de voortgang van je opleiding te kunnen volgen
Examenpunt	Iedere kwalificerende toets levert een examenpunt op. Hiermee is de voortgang van het examenplan te volgen.

 

Hoe vindt de beoordeling van mijn toetsen plaats?

Binnen tien schooldagen na het afnemen van de binnenschoolse toets ontvang je de uitslag van de beoordeling. Dit gebeurt meestal door de docent die jouw werk heeft beoordeeld. Deze docent geeft je ook de gelegenheid om het beoordeelde werk in te zien. Het kan voorkomen dat je het niet eens bent met de beoordeling. Dit bespreek je eerst met de betreffende docent. Daarna kun je een verzoek indienen voor een tweede beoordeling bij de Teamexamengroep. Ben je het met de uitspraak van de Teamexamengroep niet eens, dan kun je in beroep gaan bij de beroepscommissie van de examens door te mailen naar meldpunt@hoornbeeck.nl. Hoe dit in zijn werk gaat, kun je lezen in hoofdstuk 4 van het examenreglement.

De inzage in het gemaakte examenwerk van de centrale examens van Nederlandse taal, Engels en rekenen is anders geregeld. Voor de centrale examens Nederlandse taal en Engels geldt de zogenaamde beperkte inzage. Dit houdt in dat alleen nagegaan kan worden of de scoring van de eigen antwoorden overeenkomt met het antwoordmodel. Voor de rekenexamens bestaat de mogelijkheid tot volledige inzage. Voor alle centrale examens gelden termijnen waarbinnen inzage kan plaatsvinden. Voor inzage in een CE dien je een verzoek in te dienen bij de Teamexamengroep. 

Hoe weet ik welke resultaten ik heb behaald?

Je resultaten worden getoond op het studentenportal. Als er aanleiding voor is, worden de resultaten door je studieloopbaanbegeleider met jou doorgesproken. Indien gewenst of noodzakelijk wordt er contact met ouders of verzorgers opgenomen.

Kan ik een toets inhalen?

Er kunnen geldige redenen zijn waardoor je verhinderd bent een toets bij te wonen.
Je krijgt de gelegenheid om deze toets in te halen.
Wanneer je ongeldig* een toets niet maakt of niet tijdig inlevert, is sprake van een niet-benutte toetsgelegenheid.
Daarmee houd je minder mogelijkheden over om een bepaalde toets te maken.

*Ongeldig wil in dit verband zeggen: als je geen geldige reden hebt waardoor je verhinderd was een toets te maken
of wanneer je je niet correct hebt afgemeld voor een toets.

Mag ik een toets herkansen?

Om voor een diploma in aanmerking te komen moet je alle kwalificerende toetsen of clusters van kwalificerende toetsen met een voldoende beoordeling hebben afgesloten. Dit kun je zien in het toetsplan.

Het is mogelijk om onvoldoende resultaten te herkansen. Dit kan echter niet onbeperkt.

Bij herkansing telt het hoogst behaalde resultaat.

Hieronder staan enkele bepalingen m.b.t. de herkansingen voor de onderdelen Nederlands, Engels, rekenen en Godsdienst. 

Voor zowel Nederlands als Engels (alleen mbo-4) worden voor de onderdelen Lezen/Luisteren centrale examens (CE’s) afgenomen. Hiervoor gelden de volgende regels:

• Voor de CE’s zijn landelijk examenperiodes vastgesteld.
• Wanneer je voor een eerste CE een onvoldoende behaald hebt, moet je (in de volgende examenperiode) herkansen.
• Wanneer je voor een eerste herkansing van een CE een onvoldoende haalt, mag je indien mogelijk nog één keer herkansen.
• Wanneer je voor een CE een voldoende behaald hebt, kun je herkansen om je cijfer te verbeteren, tenzij je reeds van een herkansing gebruik gemaakt hebt.

Overige bepalingen:

• Een kandidaat kan een examen afleggen in het onderdeel Nederlandse taal, Engels of rekenen dat hoort bij een opleiding van een hoger mbo-niveau. Er moet een verzoek ingediend worden bij de examencommissie.
• Voor de toetsen van het vak Godsdienst geldt een bodemcijfer: een student moet voor elke toets minimaal een 5,5 behalen. Bij een 5,4 of lager is de student verplicht tijdens de eerstvolgende gelegenheid te herkansen. Is het cijfer van de tweede herkansing nog steeds onvoldoende, dan volgt als derde herkansing een aanvullende opdracht.

Hieronder staan de sectorale regels die van belang zijn wanneer je wilt herkansen:

1. Je kunt pas diplomeren als alle kerntaken met een voldoende beoordeling zijn afgesloten.
2. Je komt in aanmerking voor een herkansing als de beoordeling van een toets onvoldoende is.
3. Een kwalificerende toets mag maximaal twee keer herkanst worden. Aan het einde van de opleiding wordt voor maximaal drie toetsen een derde herkansingsmogelijk geboden.
4. De eerste herkansing van een schriftelijke toets moet gemaakt worden op het herkansingsmoment na de periode waarin de toets afgenomen was. De herkansing van een schriftelijke inhaaltoets moet gemaakt worden op het eerstvolgende herkansingsmoment.
5. Voor de herkansing van een mondelinge toets wordt een individuele afspraak gemaakt.
6. Het hoogste resultaat van de toets en de herkansing telt.
7. Herkansingen van een schriftelijke toets vinden plaats op vastgestelde herkansingsdata. Deze data zijn gelijk aan die van de inhaaltoetsen. Voor de herkansing van een Proeve van Bekwaamheid, Project of mondeling examen geldt een afwijkende datum die in overleg wordt vastgesteld.
8. De student is zelf verantwoordelijk voor het tijdig en juist aanvragen van een herkansing.
9. Een herkansingstoets moet worden gemaakt. Een onwettig verzuimde herkansingstoets wordt in het cijfersysteem geregistreerd als zijnde een gebruikte herkansing met als resultaat 1,0.

Wat als ik onvoldoende sta voor een kwalificerende toets na benutting van mijn toetsmogelijkheden?

Wanneer je voor een of meerdere kwalificerende toetsen na het benutten van de toetsmogelijkheden (incl. herkansingen) nog onvoldoende staat, betekent dit dat je de opleiding niet binnen de gestelde tijd kan behalen.

In dat geval wordt door de secretaris van de Teamexamengroep een individueel traject voor je samengesteld. Meer informatie hierover kun je vinden in het examenreglement. 

Heb ik mijn diploma behaald?

Je hebt je diploma behaald, wanneer je

1. een voldoende hebt voor alle (clusters van) kwalificerende toetsen van het beroepsgerichte gedeelte van je opleiding (zie schema hieronder);
2. een voldoende hebt voor (alle kwalificerende toetsen in) de beroepspraktijkvorming;
3. een voldoende staat voor loopbaan;
4. gemiddeld voldoende staat voor burgerschap;
5. voldoet aan de zak-/slaagregeling van Nederlands, rekenen en (indien van toepassing) Engels;
6. voldaan hebt aan de slaag-zakregeling van de keuzedelen.

Zie kwalificerend toetsplan.